Vakbond FNV en winkelketen Wibra staan vandaag tegenover elkaar voor de rechter. Wibra wil dat het personeel de door de lockdown niet gemaakte uren nu onbetaald inhaalt. FNV vindt dat niet kunnen.
,,De discounter heeft tijdens de lockdown miljoenen overheidssubsidie gekregen”, schrijft FNV op haar website.
,,Toch wil Wibra nu dat medewerkers deze gesubsidieerde uren in de zomer onbetaald komen inhalen.”
Daarmee zou het bedrijf misbruik maken van de NOW-regeling. Via die regeling kreeg Wibra 80 procent van de loonkosten door de overheid gecompenseerd.
In januari 2021 heeft Wibra besloten dat werknemers structureel voor minder uren worden ingezet dan de overeengekomen omvang.
Daarvoor worden minuren genoteerd, die later door werknemers moeten worden ingehaald. De FNV eist nu dat de uren die al via de NOW-regeling gecompenseerd zijn, worden kwijtgescholden.
‘Voldoet aan cao-regeling’
De winkelketen gaf al eerder aan de zaak vol vertrouwen tegemoet te zien. Bij Wibra heeft het personeel een contract voor een vast aantal uren per maand, maar kan het aantal gewerkte uren soms wat afwijken.
Naar eigen zeggen voldoet het bedrijf aan de cao-regeling rond plus- en min-uren. Volgens die regeling noteren werknemers plus-uren als ze meer werken, en min-uren als ze minder werken.
Intussen krijgen ze elke maand een vast loon op basis van het overeengekomen aantal uren. Zo kan de werkgever pieken en dalen makkelijker opvangen.
Tijdens de winkelsluitingen kreeg het personeel dus gewoon uitbetaald, ook toen er minder uren gedraaid werden.
In overleg met de ondernemingsraad besloot Wibra het personeel langer de tijd te geven om de min-uren weg te werken.
De keten is van mening dat het bedrijf van haar werknemers kan vragen die uren in te halen, ongeacht of het concern hiervoor door de overheid is gecompenseerd, zo staat in de dagvaarding.